op stap met een wandelstok

Als je een dagje ouder wordt, loop je automatisch meer risico om een val te maken. Je benen hebben doorheen de jaren al wel wat te verdragen gehad, soms sta je niet meer zo stevig als voorheen en dat creëert weleens een gevoel van onzekerheid. Zo'n val maken wil je absoluut vermijden, want de vervelende gevolgen zijn niet min. Jaarlijks zien de spoeddiensten ongeveer 50.000 mensen met een botbreuk langskomen als gevolg van een flinke val. Dat zorgt ervoor dat je bang wordt om er nog op uit te trekken. Wanneer je merkt dat je activiteiten begint te vermijden, is het tijd om in te grijpen. Minder bewegen zorgt er immers voor dat je conditie achteruitgaat. Dat is nu net nìet de bedoeling. Liever een val voorkomen met een handig hulpmiddel dan moeten herstellen van breuken of kneuzingen. Met een wandelstok help je jezelf al een heel stuk vooruit.

Wandelstokken staan trouwens niet alleen ten dienste van oudere mensen die niet meer goed te been zijn. Ook wanneer je volop aan het herstellen bent van een blessure of een operatie, of een pijnlijk been wat wil ontlasten, verschaft een wandelstok je weer wat meer mobiliteit.

• wandelstokken bieden je meer standvastigheid en balans bij het stappen
• je ontlast je knieën, rug en enkels
• verlicht pijnklachten, ook na een operatie
• je kan met meer gemak langere afstanden afleggen
• biedt extra steun bij evenwichtsproblemen
• lopen wordt minder vermoeiend, waardoor je het ook langer volhoudt
• helpt bij het overwinnen van je ‘valangst’
• is een minder ingrijpende verandering dan een looprek of rollator en valt minder op

Wandelstokken hebben als doel je te ondersteunen bij het stappen. Een wandelstok is echter niet geschikt om meer dan 25% van je lichaamsgewicht dragen (tenzij je voor een zitwandelstok koos). Heb je toch behoefte aan straffere ondersteuning? Dan ben je wellicht meer gebaat bij een looprek of rollator. 

Wandelen met wandelstokken ziet er misschien heel eenvoudig uit, maar toch zijn er enkele aandachtspunten. Je koos uiteraard voor deze wandelstok om je wat meer stabiel en veilig te voelen wanneer je op wandel gaat.

Er zijn diverse soorten wandelstokken die je kunt aanschaffen die allen een ietwat andere aanpak vragen. Met een klassieke houten wandelstok zal je anders wandelen dan met eentje met vier poten. Als je wat hulp kan gebruiken bij de keuze van een wandelstok, kan je hier onze tips lezen: Welke wandelstok kies ik best? 

• Controleer voor het wandelen of je wandelstok stabiel is en of de schroefring goed vastzit.
• De rubberen stoppers aan de onderkant van wandelstokken moeten regelmatig vervangen worden voor een goede grip. In je Goed thuiszorgwinkel adviseert onze medewerker je hierover. 
• Overleg met de medewerkers van je Goed thuiszorgwinkel welke mogelijkheden er voor jou zijn. We zoeken samen uit welk type loophulp het beste bij je past. 

De lengte van je wandelstok is ontzettend belangrijk. Een uitgebreide toelichting lees je op “De juiste hoogte van een wandelstok”. Wanneer je wandelstok te kort is, buig je je al steunend voorover, wat belastend is voor je rug. Is hij daarentegen te lang, ga je alsnog druk leggen op de kant van je lichaam die je eigenlijk wil ontlasten.

• Hou je wandelstok altijd in de hand van je ‘goede’ been.
  Heb je last van je linkerbeen? Dan hou je de wandelstok in je rechterhand. Waarom? Wanneer je stapt, beweeg je simultaan met je armen en benen. Wanneer je je linkervoet vooruit zet komt je rechterhand instinctief mee naar voor. Door je wandelstok vast te houden met de andere hand dan die van het gekwetste been, maak je gebruik van de natuurlijke zwaai van je arm. Zo vangt je hand/arm een deel van je gewicht op. 
• Ga je een trap op of af? Hou dan met je andere hand stevig de trapleuning vast. 
• Heb je geen kwetsuur, maar gebruik je een wandelstok om stabieler te kunnen stappen? Dan hou je je wandelstok best niet vast in je dominante hand. Zo hou je deze vrij voor je dagelijkse bewegingen. 

Heb je een chronische aandoening die te ernstig is voor het gebruik van een wandelstok? Overweeg dan een looprek of een rollator.

Ook al is dat moeilijk: kijk zoveel mogelijk recht voor je, waar je heen wil. Hou je hoofd niet naar je wandelstok gericht. Je focus op je route houden helpt je om beter in balans te blijven. 

• Zijn er kinderen en kleine dieren in de buurt? Pas dan extra op: ze kunnen snel bewegen en zijn moeilijker te zien en kunnen uit onverwachte hoek komen. 
• Probeer een rommelige omgeving te vermijden, zodat je niet struikelt over obstakels op de vloer. 
• Natte, koude en gladde oppervlakken vragen wat extra aandacht bij het stappen.