Ruim 90% van de vrouwen die regelmatig hun borsten onderzoekt ontdekt zelf of er iets niet pluis is. Het is dus heel belangrijk om je borsten ‘te kennen’. Zo voel je meteen of er een verharding of knobbel is die er de vorige keer nog niet was. Volg de 6 stappen hieronder voor een goed onderzoek:
- Neem rustig je tijd voor je zelfonderzoek. Een grondig zelfonderzoek van je borsten doe je best na elke menstruatie. Je borsten zijn dan op hun zachtst zodat je eventuele veranderingen makkelijker waarneemt.
- Ga voor de spiegel staan en begin met naar je borsten te kijken. Kijk of er geen vervormingen zijn, of de huid niet van kleur is veranderd, of er geen kloofjes of wondjes zijn, of er geen opvallend zichtbare ader is …
- Bestudeer ook je tepels. Ook hier kijk je of er geen indeukingen of een verandering van vorm zijn. Let ook op schilferingen, zwellingen of een lekkende tepel.
- Plaats een hand in de nek. De andere hand gebruik je om je borst af te tasten.
- Met de drie middelste vingers van je vlakke hand onderzoek je je borst terwijl je kleine cirkelvormige bewegingen maakt. Begin aan de buitenkant van je borst en ga zo naar het midden. Doe hetzelfde aan je andere borst.
- Concentreer je op de volledige borst. Wees extra waakzaam voor verdikkingen of verhardingen tussen je borst en je oksel. Eindig bij je tepel. Als je iets abnormaals voelt of als je tepel vocht verliest, maak je best een afspraak met je huisarts of gynaecoloog.
Maak je niet meteen ongerust bij een verharding. Een borst bestaat uit heel veel klieren en die kunnen al eens gespannen staan. Het is pas wanneer je een abnormale verandering opmerkt, dat je verder onderzoek moet laten doen.
Lukt het onderzoek niet voor een spiegel? Ga dan onder de douche staan. Het water maakt het contact met je huid iets eenvoudiger.